Terwijl ik snel bij de telefoon probeer te komen, breek ik mijn nek over mijn eigen tas. Bij de gang naar de ijskast maak ik een glijer over een door mijzelf verkeerd weggezet eetbakje van de katten. Hoewel er een vaatwasser staat kan ik geen koffie zetten omdat er een berg afwas tot aan het plafond staat te wachten om weggezet te worden (omdat de vaatwasser niet uitgeruimd is). Moet eerst een dweilstok, een vuilniszak en een boodschappentas weghalen voor ik de vriezer kan openen. Vergeet afspraken die mooi op een briefje gezet zijn, omdat deze tussen honderd andere oude briefjes liggen. Er valt een jas in de drinkbak van de hond omdat ik het record jassenstapelen-op-een-kapstokhaakje aan het verbeteren ben. Het wasrek zakt plots ineen vanwege een stapel nog op te vouwen was die ik ‘morgen wel zal doen’. Vergeet mijn pil in te nemen omdat het opvallende medicijndoosje weliswaar in het zicht staat, maar zo ook de tv-gids, zes dagen post, vijf glazen en/of bekers, een ontbijtbord, pennen, vloetjes, shag, briefjes met afspraken, folders en kranten. 

Mijn vriend is een nogal opgeruimd type, dus het is duidelijk wie voor de aangename rommel in huis zorgt.

Hoe houdt hij het in hemelsnaam met me uit?