Waar het hart van vol is, loopt de mond van over. Dus nog even over Knoepie .. 🙂 Ze is inmiddels volledig thuis en op d’r gemak. Goed te merken aan de knuffels en de verhalen maar ook aan het feit dat ze de gordijnen naar beneden probeert te halen en mijn toetsenbord niet meer met rust wil laten. Iedereen eten geven is een stukje lastiger geworden. Eigenlijk heeft Dolly eerste recht maar de kleine hummel loopt iedereen en alles omver en trotseert met gemak een hoop klappen als ze maar het eerst met d’r neus in het eten zit. Dus nu krijgt zij dan maar eerst, een verontwaardige Dolly als tweede en de bedeesde Bor als derde. Dan komt de hond en moet ik iedereen in de gaten houden want wat de ander heeft is vast veeeel lekkerder! Dit ritueel herhaalt zich vier keer per dag, Dolly is nog steeds op dieet namelijk. Snoepjes uitdelen is erger. Ik gaf Bor en Dolly altijd tegelijk en dan snel de hond, dan voelt niemand zich echt achtergesteld. Maar door die kleine is het ineens een kluwen aan katten en hond geworden, iedereen bang dat ze naast de spreekwoordelijke pot pissen.

Typisch is wel: eten verbroederd! Ze kunnen elkaar al aardig goed hebben maar ik hoor soms nog wel een grom of een sis. Tot er eten in het spel komt! Dan gaat de kleine gewoon op de hond staan en loopt de rest eronder door (Dobber laat het allemaal maar over zich komen, als ze maar eten krijgt) Hebben ze allemaal de brokjes voor den neus, kunnen ze gewoon naast elkaar. Maar is het eten op dan gaat hup iedereen snel weer zijn eigen weg naar de eigen plekjes. Knoepie wil erg graag naar Dolly maar Dolly laat het nog maar een minuutje toe voor ze weer wat verderop gaat bivakeren. Nog een paar dagen erbij en dan gaat het wel prima denk ik.

Verder blijkt Knoepie errug inventief. Heeft Dolly jaren geoefend om zakken katten- of hondenvoer, pakken koekjes, chocolaverpakkingen en bepaalde tassen open te krijgen, Knoepie kan het met d’r acht weekjes al!! Hoewel het niet mag, moet je er toch zekere bewondering voor hebben. Het is dan ook meteen het enige wat ze op straat geleerd heeft trouwens. Maar ze leert snel. “De kattenbak is om in te plassen en te poepen en oew, mijn staart is ook heel leuk, propjes zijn om te spelen en helemaal niet zo eng, in de keuken staat de grote fijne etenswarendoos, onder het logeerbed kunnen ze me lekker niet vinden, typen is keileuk en bouillon is stiklekker en als ik (zachtjes) in mijn nekvel gepakt wordt dan mag het schijnbaar niet...” Nou, in twee dagen is dat toch hardstikke knap vind u niet.

Ze moet alleen nog leren dat ze best om aandacht mag komen. Telkens als ze een tijdje uit het zicht is en ik ga d’r zoeken, vind ik ‘r ergens een beetje triest terug en is ze helemaal in extase als ze gevonden wordt en ook nog geknuffeld. Maar net kwam ze me helemaal zelf zoeken dus misschien krijgt ze dat ook al door.

Zo. Zal proberen dit niet te laten verworden in een kattenlog en weer wat meer over mezelf en wat minder over elke frons en scheet van het poesje te kleppen.

Maar u snapt het toch best als ik af en toe ‘de fout’ inga .. :-p