Al weken heb ik het gevoel dat ik niet zomaar uit het niets weer kan gaan schrijven. Dat ik eigenlijk iets van een beschrijving of verklaring zou mogen geven wat er het afgelopen jaar is gebeurd en waarom ik zo stil ben geweest. Tegelijkertijd kan en wil ik om allerlei redenen veel niet meer met de wereld delen. Sommige dingen zijn te zwaar, te ingewikkeld of simpelweg te privé, zelfs voor mij. Hou het erop dat het beslist niet goed met me ging maar dat ik inmiddels aan het opkrabbelen ben.
Een reden van een periode van stilte wil ik wel vertellen. Langs de jaren zijn voor mij belangrijke mensen die mij volgden, veelvuldig reageerden, op een bijzondere manier dierbaar waren geworden en mij inspireerden en motiveerden om te blijven schrijven, helaas overleden. De belangrijkste was mijn vader. Al sinds zijn zelfdoding in 2009 heb ik meer moeite gehad met schrijven en ben ik ook intenser en zwaarder op de hand gaan schrijven. Opa Buiswater, een lieve man die zelf een ‘rood’ weblog bij hield en mij achter de schermen in een moeilijke periode heeft geholpen, overleed een jaar later. ChristinA, een sterke en kritische vrouw die me scherp hield en me veel heeft geleerd over mijzelf en omgaan met ziekte overleed. Frans54, de man die na een longtransplantatie in geleende tijd zei te leven, mijn vader had gekend en een grote steun voor me is geweest, is eveneens overleden.En dan was er HenK. Hem heb ik leren kennen op een forum voor suïcide en nabestaanden waar ik – toen nog anoniem – schreef over mijn vader. HenK bleek de gedichten van mijn vader te hebben gelezen en hoewel of misschien juist omdat hij in karakter erg van mij verschilde, hebben we vele, lange en vooral mooie teksten met elkaar gewisseld. Hij gaf me andere invalshoeken, nieuwe inzichten en altijd stak hij mij een hart onder mijn riem. Later ontdekte hij dit weblog en volgde hier hoe het mij verder verging. Hij reageerde vaak, soms kregen we ronduit ruzie maar vaker konden we elkaar goed vinden. Zo hadden we eind 2018 nog een leuk gesprek over muziek op twitter, zo kreeg ik een berichtje van zijn zoon dat HenK in een ziekenhuis was overleden. Dat was het. Niemand zei er meer iets over, hij was gewoon ineens weg.
Misschien komt het vreemd of stom op u over maar ik heb me lange tijd enorm uit het veld geslagen gevoeld om zijn dood. Buiten dat ik hem en onze gesprekken zou gaan missen, voelde het naar dat hij die altijd zo aanwezig was met zijn sterke opinie van de een op de andere dag was verdwenen. Natuurlijk speelde mee dat HenK voor mij sterk verweven was met herinneringen aan mijn vader en mijn trauma rondom mijn vader’s zelfdoding. En al heb ik hem helaas nooit ‘in het echt’ kunnen ontmoeten, ik denk dat hij ongemerkt veel meer over mij en mijn gevoelsleven wist dan menigeen in mijn directe omgeving en vice versa.
Enfin, het voelt als tijd om weer verder te gaan. En wie weet het schrijven weer terug op te pakken.
Tag: Opkrabbelen
In 2002 – na toch al enkele jaren van intense gebeurtenissen – moest er een arbeidsconflict opgelost worden om weer betaald te krijgen, volgden er zes afspraken voor een slopende WAO keuring, raakte ik afgekeurd en daalde 60% in inkomen, bracht dat wat financiële problemen met zich mee, werd mijn inmiddels man weg gereorganiseerd, bracht dat nog meer financiële problemen met zich mee, overleed mijn moeder in onze armen op 47 jarige leeftijd aan de gevolgen van kanker, chemokuren en complicaties en raakte mijn vader het spoor totaal bijster. Kort gezegd besloot hij van de ene op de andere dag te gaan leven op uitsluitend alcohol in de hoop dat hij dan ‘per ongeluk’ mijn moeder achterna kon, met blackouts, zelfbeschadiging, ongelukken, ziekenhuisopnames en uiteindelijk een vrijwillige opname in een psychiatrische instelling tot gevolg. Iets wat totaal niets deed omdat hij in de instelling geen druppel dronk maar hij elk verlof zich te barsten zoop en steeds destructiever werd. Na een maand of zes besloot hij met enige drang en dwang van onze kant dat hij wilde proberen toch een leven te gaan maken voor hemzelf. Zo snel als hij was gestart met extreem alcoholisme, zo snel was hij van de drank af en functioneerde hij relatief weer prima. Maar zijn pijn was nog enorm, mijn zorgen verre van verdwenen en de uitputting begon nogal toe te slaan bij me.
Enfin, het leek me dus verstandig om wat geestelijke bijstand voor mijzelf te zoeken. Omdat het GGZ in de veronderstelling was dat niet mijn vader maar ik degene was die het spoor bijster was geraakt, kreeg ik een psychiatrisch verpleegkundige op huisbezoek. Nadat dit misverstand was rechtgezet en hij mijn verhaal duidelijk had, concludeerde hij dat ik niet zozeer psychische problemen had maar teveel shit achter mijn kiezen. De oplossing was volgens hem dat er weer wat leuke gebeurtenissen zouden moeten voorvallen, dan zou ik vanzelf weer wat prettiger in mijn vel komen. Twee weken later kreeg ik het nieuws waar ik al vijf jaar bang voor was maar tot bevolkingsonderzoek niemand van had kunnen overtuigen, ik had voorstadium baarmoederhalskanker en inmiddels eigenlijk al over het randje. De geestelijke bijstand werd opgeschort zolang ik de medische molen in moest, de dag voor kerst werd ik – gelukkig met zeer goed gevolg – geopereerd.
Het jaar erna kwam er een andere hulpverlener maar bleef de conclusie hetzelfde. De balans was nogal negatief doorgeslagen, iets waar wij en zij niets aan konden veranderen en het wachten was op leukere gebeurtenissen om ons weer aan op te kunnen trekken. Dat mocht niet zo zijn, integendeel. Zonder maar een make-up spiegeltje gebroken te hebben, vielen de spreekwoordelijke zeven jaar ongeluk op ons hoofd. Het achtste jaar pleegde mijn vader zelfdoding en zorgden hulpdiensten en instanties ervoor dat deze nachtmerrie tot het uiterst werd verdiept en verergert.
Dat is voor mij de nekslag geweest. Voorheen kon ik tussen de gevoelens van rouw, boosheid, frustratie, machteloosheid, gepieker, zorgen over alles en enkele huilbuien door altijd wel weer opkrabbelen, een beetje relativeren, eens hard lachen, van dingen genieten en in een vlucht ter afleiding dit weblog vol kalken, soms meerdere keren per dag. Dat is me na vier januari 2009 niet meer helemaal gelukt.
Niet dat ik begraven lig onder een depressie, nergens van kan genieten of nooit meer lach. Maar toch. Alles gaat wat moeilijker. Ik maak me veel meer zorgen dan ik ooit heb gedaan, ben vele malen emotioneler geworden, raak sneller geprikkeld en makkelijker somber gestemd. Het leven is iets pijnlijker geworden en ik zwaarmoediger. Ik vind het niet prettig, ik wil het niet maar het is toch gebeurd. Zichtbaar in mij maar ook zichtbaar op mijn weblog.
Dat spijt me. Dat spijt me voor u lezers die niet zoveel vrolijkheid meer terug kan vinden. Het spijt me nog meer voor mijn man die al dit met me heeft mee moeten maken en met mij leven niet altijd zo makkelijk is. En het meest spijt het me voor mezelf, om alle voor de hand liggende redenen.
Misschien vreemd om mijn weblog erbij te betrekken, je zou denken dat dat het minst belangrijk is. Maar het is mijn weblog geweest wat me heeft doen inzien hoezeer ik ben veranderd en vooral dat het niet zo goed met me gaat als ik zelf dacht. Zeventien december 2012 bestond dit log tien jaar en om inspiratie op te doen voor een leuk stukje met toeters en bellen, bladerde ik online terug in de tijd. Om te zien dat de toon en de sfeer behoorlijk is veranderd en de schrijf frequentie naar beneden is gekelderd om niet meer bij te trekken. Dat vond ik op zichzelf nog niet zo erg, wel vond ik erg wat het me vertelde over hoe het met mij gaat.
Aangezien mijn weblog mijn staat van zijn indirect en stiekem griezelig goed weergeeft en nog meer omdat u veel heeft meegeleefd en support heeft geschonken, heb ik besloten deze gedachten ook online te plaatsen. Hopelijk zal het een begint zijn van van een soort afsluiting van vier (twaalf) ongelukkige jaren en een stok achter de deur om weer wat geluk terug te zoeken.
En wie weet, heeft u die altijd zo goed voor mij bent, nog goede adviezen …