Tag: Psychisch

Pijnlijk compliment

“Dat is toch ontzettend knap van jou, eigenlijk heb je na al die tijd zelf je diagnoses gesteld. Dat is wel een compliment waard”

Onlangs is op initiatief van mijn neuroloog en huisarts mijn medische dossier aangepast. Maar liefst zeven (soorten) diagnoses die langs de jaren in volle overtuiging gesteld en bevestigd waren door een scala aan verschillende artsen, zijn geschrapt. Ze bleken niet te kloppen. Niet waar te zijn. Nooit geweest ook. Weggegooid, ge-delete, verwijderd alsof ze nooit bestaan hebben. Vervangen voor de twee diagnoses die ik in aanvang zelf heb aangedragen. Letterlijk: met veel zoekwerk en puzzelen gevonden, aan de huisarts voorgelegd met de vraag (eis) om een verwijzing naar een specialist die tot ieders verbijstering met gedegen onderzoek de diagnoses kon bevestigen plus een stapje meer. Ik had geen ME, geen fibromyalgie, geen artrose, geen dyspraxie, geen somatisatiestoornis, geen depressies en was niet oververmoeid of overspannen al dan niet met borderline kenmerken of andere stoornissen. Al die tijd had ik (schade van) vitaminedeficiënties door opnameproblemen en HMSN, een erfelijke, progressieve, neurologische spierziekte.

Natuurlijk volgde er geen excuus. Geen sorry dat we zoveel verkeerd gezien en gesteld hebben. Geen pardon dat we je met zijn allen nooit hebben geloofd. Niet eens een ‘wat jammer dat het zo lang heeft moeten duren’.  Welnee. Ik kreeg een compliment. Een compliment!?! Alsof dit alles een prachtig proces is geweest wat ik toch maar leuk op eigen houtje tot een ‘goed’ einde heb gebracht.

Het is het meest pijnlijke compliment dat ik ooit gekregen heb. Die eerdere diagnoses zijn niet maar enkele woorden op een papiertje of een beeldscherm. Ze staan voor aandoeningen die ik stuk voor stuk voor waar heb aangenomen en geloof in heb gehad. Aandoeningen die ik moest leren accepteren, mee moest leren leven, medicijnen voor heb geprobeerd en ontelbare uren therapie voor heb gekregen van psychiaters, psychologen, maatschappelijk werkers en psychiatrisch verpleegkundigen. Ze staan voor uiteenlopende prognoses, voor ontvangen van hoop en die weer de bodem ingeslagen zien. Sommige diagnoses zijn zeer omstreden, in de medische wereld als daar buiten en hebben me alleen maar nog meer problemen en verdriet bezorgd. Voor die diagnoses heb ik me als patiënt een slag in de rondte gestreden door opzetten van sites en nieuwsgroepen, schrijven van brieven, vele discussies en jaren achtereen vol kalken van dit bewuste weblog.

Dat ik nu de aanzet heb kunnen geven voor het uitvinden van mijn diagnoses, is niet heel knap van mij maar totaal verrot van die meer dan dertig artsen die ik langs de tijd heb gezien en gesproken. Want het feit dat ik het als leek bij elkaar heb kunnen puzzelen, betekent toch in feite dat al die knappe doctoren met hun knappe spullen dat verdomme ook hadden moeten kunnen!

Dat is inderdaad inclusief de lul die me dit ‘compliment’ maakte. 

 

Comments (27)



GGZ: best bewaard publiek geheim

Vier maal ben ik aangewezen geweest op het GGZ waarbij ik met vijf verschillende personen contact heb gehad. Slechts één maal betrof dat een goede ervaring maar het moet gezegd, dat was een medewerker van een externe zorginstelling die sinds kort bij het GGZ was gevoegd. Hij was zelf nogal ongelukkig met het samengaan omdat hij het GGZ uiterst beroerd vond functioneren. Dat bleek ook wel. Hij kwam alleen op bezoek omdat een mij onbekende medewerker plots had besloten het dossier van een familielid waar ik zorgen om had en mij om te wisselen, zodat ik ineens aangemerkt was als alcoholiste die zichzelf totaal verwaarloosde en in diepe crisis zat. U had zijn blik moeten zien toen ik heel normaal de deur open deed! Zodra duidelijk werd dat ik niet in crisis was, was het dan ook snel klaar en kreeg ik verplicht een ander toegewezen. Een sympathieke mijnheer waar ik twee jaar mee gepraat heb en vrijwel niets mee opgeschoten ben. Niet alleen mijn maar ook zijn conclusie.  Het alcoholisme heeft overigens – ondanks het feit dat ik vanaf  mijn twintigste een alcohol intolerantie heb en nog geen kersenbonbon kan eten –  nog zeven jaar in mijn dossier gestaan. Telkens als ik verzocht het eruit te vissen, werd besloten dat ik ‘in ontkenning’ was en tegen mezelf beschermd moest worden. De enige reden dat ik wist dat het nog altijd in mijn dossier stond, is dat bij elke fysieke klacht behorende bij mijn chronische aandoeningen werd gezegd dat ik ‘ook niet zoveel moest zuipen’.

Enfin, dit was dus de ‘positieve’ ervaring(!). De overige drie confrontaties waren ronduit rampzalig. Een psycholoog fantaseerde eigenhandig bij elkaar dat ik in mijn jeugd zwaar mishandeld zou zijn geweest door mijn moeder en wellicht ook nog was misbruikt. Bij elke ontkenning van mijn kant werd hij ronduit boos en meende dat ik ‘niet geholpen wilde worden’. Bij de derde afspraak ben ik ronduit woedend opgestapt om hem geen fysieke schade aan te brengen. Een andere psycholoog vond dat ik absurd veel problemen op mijn pad had en wist ook niet wat ze daarmee aan moest(?). Zij werd nog ongelukkiger van mijn problemen dan ik al was en we besloten dan maar uit elkaar te gaan. De laatste wilde het met alle geweld niet over de reden van mijn komst praten (zelfdoding van mijn vader), concludeerde aan de hand van wat later Post Traumatisch Stress Syndroom bleek te zijn dat ik waarschijnlijk borderline moest hebben en meende uit het niets dat ik opnieuw moest leren functioneren. Dus in de zin van een boodschapje doen, een boterham klaar maken of een telefoontje durven te plegen. Daarvoor moest ik in intensieve dagopvang vond zij. Ik had in negen maanden tijd de nalatenschap van mijn vader compleet afgehandeld, was een intensieve medische behandeling gestart en kon echt mijn boterham nog wel smeren dus dacht er een tikkeltje anders over. Het resulteerde in een ordinaire ruzie waar me werd toegebeten op te rotten en me nooit meer aan te melden bij het GGZ. Waarschijnlijk begreep zij ondertussen best dat ik nog liever eigenhandig mijn been in drieën zou breken dan ooit nog terug naar het GGZ te gaan.

Zou dit nu incidenteel zijn, zou je zomaar kunnen stellen dat ik het toevallig erg slecht getroffen heb daar. Maar het lijkt niet bepaald incidenteel. Van de tientallen ervaringen waar ik ooit van vernomen heb, is er een enkeling die geen absurde problemen cadeau kreeg bij het GGZ. In vrijwel alle gesprekken over het GGZ met willekeurig wie, komt het GGZ uiterst slecht uit de bus. Ook in de media kent het GGZ nou niet bepaald een goede reputatie en er zijn zelfs relatief veel huisartsen die simpelweg naar alles behalve het GGZ willen verwijzen. Sterker is dit negatieve beeld niet eens iets van de laatste tijd of zelfs maar de laatste jaren. In de tijd dat het GGZ nog RIAGG heette, was de reputatie ook al volslagen belabberd.

En al jaren vraag ik mij dus af: hoe kan dat nou? Hoe bestaat het toch dat een organisatie zoveel slechte hulpverleners onder een dak weet te krijgen? Hoe kan het dat bestaande problemen in die instelling bestaande problemen blijven? Hoe is het mogelijk dat zo’n organisatie al die jaren blijft voortbestaan?

Het slechte reilen en zeilen van het GGZ moet wel het best bewaarde publieke geheim van Nederland zijn?

Positieve noot, toen ik eindelijk zo ver was (of vooral zover heen was) dat ik weer hulp durfde te zoeken, ben ik februari dit jaar bij Intherapy terecht gekomen. Daar heeft een psycholoog mij geheel online in zes weken(!) van Post Traumatisch Stress Syndroom afgeholpen. Verder word ik nog een jaar gevolgd om te zien hoe het me verder vergaat.

Comments (6)



Nog meer blindstaren?

Val van de ene verbazing in de andere. Las ik gisteren dat huisartsen meer preventief onderzoek moeten doen, hoor ik vanochtend op Goedemorgen Nederland dat huisartsen meer zouden moeten letten op een eventuele psychische oorzaak van lichamelijk onbegrepen klachten. Dat zouden ze nu nog te weinig doen?!

Toegegeven, ook kwam voorbij dat als alleen medisch bekeken wordt, mensen wellicht achterblijven met zorgen of ze niet toch wat ernstigs mankeren of dat het om iets griezeligs gaat. Daar is op zich niets mis mee, ik denk ook dat wel eens vergeten wordt dat elke lichamelijke klacht een psychisch effect heeft of elke behandeling psychische druk met zich meebrengt. Maar de voorbeelden spraken andere taal, verhaalde onmiddelijk over de patient met pijn omdat het op zijn werk zo beroerd gaat of de vrouw met keelklachten die bang is voor een enge ziekte.

Al met al vind ik het een griezelige ontwikkeling. Zoals je een been kan breken en tegelijkertijd gestressed kan zijn over je werk, kan dat ook met klachten die wat moeilijker te verklaren zijn. En wat te denken van welke invloed klachten hebben op het dagelijks leven. In een maatschappij die dol is op psychologisering, vrees ik dat er eerder meer misdiagnose uit voort zullen komen dan betere zorg.

Hoe gaat uw huisarts om met uw klachten?

Comments (3)



Powered by WordPress & theme based on Lovecraft